Jozua 5:1
Print
De koningen van de Amorieten aan de westkant van de Jordaan en de koningen van de Kanaänieten langs de zee hoorden, dat de Heer de Jordaan had laten opdrogen totdat alle Israëlieten waren overgestoken. Daardoor werden ze erg bang voor de Israëlieten. De moed zonk hun in de schoenen.
De volken ten westen van de Jordaan—de Amorieten en Kanaänieten, die langs de kust van de Middellandse Zee woonden—hoorden dat de Here de Jordaan had laten opdrogen zodat het volk Israël kon oversteken. De moed zakte hen in de schoenen en zij werden verlamd door angst.
BasisBijbel (BB) © stichting BasisBijbel 2013 Gecorrigeerde tekst © 2015 Alle rechten voorbehouden Uitgegeven bij de ZakBijbelBond: 2016; Het Boek (HTB) Het Boek Copyright © 1979, 1988, 2007 by Biblica, Inc.® Used by permission. All rights reserved worldwide.